Kan datgene wat niet gezegd kan worden toch woorden krijgen?

Herinneringen aan verhalen van mijn grootouders over teruggekeerde soldaten die hun hele leven lang zwegen over wat ze hadden gezien. Kan datgene wat niet gezegd kan worden toch  woorden krijgen? Oorlog verstomt. Verplettert. Tast wereldbeelden aan. Scheurt vertrouwen aan flarden. Heden en ook toekomst. Doet de aarde op haar grondvesten beven.

Dit aanbod is enkel beschikbaar in de regio Oost-Brabant.

Team Oekraïne

Binnen CAW wordt een team Oekraïne gevormd met collega’s uit de verschillende regio’s. Heidi en ik zijn verantwoordelijk voor de regio Leuven.

Ons wordt gevraagd een groepsaanbod uit te werken.

We graven in alles wat we in ons beider loopbaan bij elkaar verzameld hebben. We volgen webinars, lezen, struinen het internet af, zoeken binnen de literatuur rond traumatherapie wat mogelijks bruikbaar is en verdiepen ons in de polyvagaaltheorie. Collega’s uit Diest, Aarschot en Tienen verfijnen, vullen aan en introduceren ons in stabilisatieoefeningen uit de traumatherapie.

Heidi, de creatieve duizendpoot van ons twee, draagt vanuit haar jarenlange ervaring allerlei creatieve opdrachten en reflectieoefeningen aan. We kennen elkaar niet goed. Toch niet als collega’s, wel als moeders van dochters die in dezelfde klas zaten. Snel zal blijken hoe verschillend we zijn en hoe we elkaar aanvullen, hoe hard we elkaar nodig hebben.

Met onze fietstassen vol stabilisatieoefeningen uit de traumatherapie, ademhalingstechnieken, papier en potloden, reflectie- en yogaoefeningen en behapbare filmpjes over stress en trauma gaan we op weg.

Een opvangcentrum in de Scheutsite

Een oud klooster op een heuvel, verscholen in de bossen. Ik woonde vroeger dicht in de buurt en kwam hier in het geniep wel eens daslook plukken. Je had er een wijds uitzicht over Kessel-Lo en bij helder zicht zelfs tot de stad Mechelen.

Brede galmende gangen, in mijn herinnering in (groen) marmer. Associaties met koloniale gebouwen in de tropen en een binnentuin met vijver. De associatie met koloniale beelden had te maken met het handjevol missiezusters dat hier vroeger woonde. Eén keer kwam ik hier met een vriendin die in een crèche werkt het breiwerk ophalen waar één van de zusters gestaag aan werkte. Bij de ingang zat een eennzaam nonnetje achter een formicatafel.  Door de microfoon werd galmend in de lege gangen ons bezoek aangekondigd: “Zuster Maria, er wacht iemand aan de ingang, er is bezoek voor u”. Samen met zuster Maria dronken we koffie in de refter met een enkele 80- en 90-jarige zusters wiens levens zich afspeelden in de Filippijnen, Congo, Rwanda, Burundi,… Vrouwen die in de laatste fase van hun leven terugkeerden naar hun geboorteland.

Vandaag is de Scheutsite een opvangcentrum. 130 Oekraïners huizen hier, voornamelijk vrouwen en kinderen. De meeste vaders, zonen, broers, echtgenoten, verloofden en vrienden zijn in het land van herkomst gebleven.

Tot mijn verwondering is de stilte in het gebouw blijven hangen, ondanks de velen die hier ondertussen bed, bad en brood krijgen.

Alle kamers zijn ingenomen. De refter van destijds is één en al bedrijvigheid. Ons groepswerk heeft plaats in wat de speelruimte voor de kinderen heet. Later verhuizen we naar een grote holle zaal, de polyvalente ruimte.

Sinds de zomervakantie van 2022  komen Heidi en ik wekelijks naar hier. Zonder Radima, begeleidster in het centrum, zijn we ‘verloren’ en hebben we letterlijk geen taal. Het is Radima die de vrouwen de weg wijst naar ons aanbod en die trouw in onze groepen voor ons tolkt.

Meedeinen op rouw en trauma

We brengen ons verhaal over stress, trauma,  window of tolerance. We ademen. We tekenen. We bewegen. Vrouwen vertellen. We luisteren. Soms stoppen we het verhaal, leggen we het stil. Om de groep – en onszelf – te beschermen tegen teveel.

In sommige groepen wordt bij aanvang vooral geknikt, gezwegen. In andere groepen lijkt de nood om te vertellen bijzonder groot. Er is de voortdurende angst voor wie achterbleef. Smartphones lichten bij de opstart onophoudelijk op met nieuws vanuit het thuisfront.

Bij de eerste bombardementen op Kiev geven vrouwen aan dat zwijgend achterover gaan zitten het enige is dat ze kunnen. Ze stellen de vraag of we gewoon twee uur kunnen vertellen en informatie willen geven. Deze sessie is niet écht onze vuurdoop, maar zal Heidi en mezelf het vertrouwen geven dat we dit samen kunnen.

Er is een fragment uit een documentaire over trauma waarin Desmond Tutu, die de waarheidscommissie in Zuid-Afrika voorzat, zijn armen op de tafel vouwt en zijn hoofd daarin te rusten legt, iets dat hij herhaaldelijk deed als de getuigenissen hem teveel werden.

Vervolgens vraagt hij de zaal vol getuigen om recht te gaan staan. Er worden liederen gezongen, mensen klappen in hun handen, ze dansen,… Een collectief verankerde herinnering die slachtoffers uit hun isolement haalt en hen opnieuw met anderen verbindt, een ontwaken van het gevoel dat er nog iets anders is dan het volledig afgesneden zijn.

Meanderend doorheen het verdriet en de ontzetting over wat die ochtend in Kiev gebeurd is, eindigen wij deze sessie al dansend en zingend.

En ook al begrijpen Heidi en ik de woorden niet, we deinen mee, dankbaar hier deel van te mogen zijn.

Later in de tijd komt bij vrouwen in de groep het besef dat er geen vertrouwde plek meer is om naar terug te keren. Is er rouw om wat voorbij is. Botsen ze op de contouren van een samenleving waarin ze ‘nieuwkomer’ zijn. Waarbinnen het gevoel niet van betekenis te zijn overheerst. Er steekt onzekerheid de kop op over wat voor hen ligt, er komen vragen over culturele geplogenheden en frustraties over de werking van onze instellingen. Ook de woede en de haat moet een plaats worden gegeven.

Gaandeweg komt er een duidelijke lijn in ons programma.

Er zijn vrouwen met een lege blik in de ogen. Er zijn vrouwen die onophoudelijk huilen. Er is een vrouw uit Marioepol die met mechanische stem het meest gruwelijke verhaal vertelt dat we tot dan hoorden. Trauma dat is ingekapseld, te groot voor ons. Soms moeten we doorverwijzen. Is het duidelijk dat dit terrein is voor experten, traumatherapeuten.

Een opflakkering van licht, al is het maar voor even

Soms hebben we vragen over hoe zinvol dit programma is. Maar vrouwen blijven komen. Geven aan dat dit helpend is. Dat ze inzichten en oefeningen meenemen. Dat ze teruggrijpen naar de ademhalingsoefeningen als de avond opnieuw een nachtmerrie wordt. En dit is ook wat we met ons programma beogen. Dat ankerpunten die rust brengen opnieuw herinnerd worden. In de hoop dat mensen hiernaar kunnen teruggrijpen in de bange tijden die nog voor hen liggen.

Heidi en ik leren ook dat we elkaar nodig hebben, niet alleen in de groepen die we samen vormgeven en begeleiden, maar ook achteraf. Om wat we horen nog eens met elkaar te delen om onze eigen emoties en jawel, soms ook tranen, een plaats te kunnen geven.

We starten een groep in de Nomade, een inloopcentrum voor vluchtelingen, voor vrouwen die niet in het opvangcentrum verblijven. Nog later, op vraag van de school, een groep voor Oekraïense jongeren in de Okanklas . Ook dit is voor ons opnieuw zoeken. Jongeren die wakker liggen uit angst voor wat hun vaders aan het front overkomen kan. Pubers die zeggen dat ze ‘meer zijn dan oorlog’. Tieners die weigeren te geloven dat ze niet terug kunnen keren naar datgene wat hen zo vertrouwd is en bijgevolg ook weigeren om zich aan de schoolregels te houden. Jongeren die giechelen, die de aandacht op zich vestigen. Jongeren wiens familie is teruggekeerd en die alleen in gastgezinnen zijn achtergebleven. Jongeren die zichtbaar tijdens de oefeningen hun tranen trachten te verbijten.

Nooit zo diep beseft hoe groot onze nood is aan rituelen. Aan een soort religie. Aan hoop.

En nooit zo’n grote behoefte gehad aan groen, knoppen aan de struiken die openbarsten, verlangen naar aarde die niet trilt en beeft. Een wereld waarin de toekomst enigszins voorspelbaar is.

Wat met andere vluchtelingenstromingen?

Meer nog dan het uitbreken van de oorlog in Oekraïne is dit het gene wat mij meest ontzet de ongeziene solidariteitsbetuigingen in Europa. De subsidies die rijkelijk vloeien, organisaties die naar projecten dingen en elkaar voor de voeten lopen. Het schrille contrast met de aanhoudende vluchtelingenstromen uit vele andere contreien die de beroering in de publieke opinie slechts even doet rimpelen. Laat ons vooral de zovele Syriërs, Afghanen, Irakezen, Somaliërs, Iranezen,… op de vlucht niet vergeten.

Meer dan 20 jaar vluchtelingenwerk laat sporen na…

Maar ook dit heb ik met scha en schande geleerd. Dat werken met vluchtelingen uiteindelijk bepaald wordt door een context waarin internationale politiek de lijnen uitzet en de kaarten schudt die bepalend zijn voor hoeveel middelen en subsidies wanneer, waar en voor welke groep vanuit welke regio toegekend worden. Als hulpverlener op het terrein is het leren navigeren en laveren tussen deze golven van eb en vloed. En is het soms tegen wil en dank meezwemmen met de stroom…

Ilse

 

Wilt u graag cijfers van onze hulpverlening?
Ontdek ze hier.

Gebeten door onze verhalen?
Lees ze via www.caw.be/warmehulp.