Praat erover

‘We zijn tijdens de coronacrisis “hard” gegaan.’

De dienst Justitieel Welzijnswerk (JWW) van CAW Limburg begeleidt gedetineerden en hun familie, partner en vrienden. Corona had ook op het gevangeniswezen een grote impact. Linsy Timmermans en Sara Maessen maakten het als teambegeleiders vanop de eerste rij mee. Lees nu hun getuigenis.

Dag Linsy en Sara, hoe kijken jullie terug op het werkjaar 2020?

Linsy: ‘Het was een vreemd jaar. De inhoud van de trajectbegeleiding bleef hetzelfde, maar de manier waarop we ons werk deden veranderde. Als je gedetineerden of hun families door de coronamaatregelen niet of minder face-to-face ziet, ga je op zoek naar alternatieven om een kwaliteitsvol contact te onderhouden.’

Sara: ‘In het begin dachten we: laat dit allemaal maar zo snel mogelijk voorbij zijn, dan kunnen we verder doen zoals we bezig waren. Na enkele weken werd duidelijk dat het virus voor onbepaalde tijd onze agenda zou bepalen. Daardoor probeerden we dingen die we anders niet of pas later gedaan zouden hebben.’

Kun je daar een paar voorbeelden van geven?

Sara: ‘Tijdens de eerste lockdown konden we niet meer naar de gevangenis voor face-to-face gesprekken met gedetineerden, behalve in crisissituaties. Om hen te blijven bereiken, startten we met een gratis 0800-nummer. Alle gedetineerden konden bellen. Die lijn was een groot succes. We bereikten daardoor mensen die ons al kenden, maar ook een nieuwe groep gedetineerden. De gesprekken gingen soms over kleine, praktische dingen waar we snel een antwoord op konden geven. Die gesprekjes waren voor ons een toegangspoort om te vragen hoe met hen ging.’

Als je gedetineerden of hun families door de coronamaatregelen niet of minder face-to-face ziet, ga je op zoek naar alternatieven om een kwaliteitsvol contact te onderhouden.

Linsy: ‘Wat veel mensen niet weten is dat mensen op hun cel geen internet hebben. Daardoor missen ze tijdens hun detentie een deel van de digitale ontwikkelingen, terwijl de samenleving wel verwacht dat ze bij hun terugkeer meedraaien in de maatschappij. Op dat vlak heeft de pandemie veel in beweging gezet. Pre-corona gingen veel intakegesprekken met diensten buiten de gevangenis face-to-face door. Voor sommige gedetineerden was dat geen optie omdat zij van justitie geen uitgang (een toelating om de gevangenis voor de duur van het gesprek te verlaten, nvdr) kregen. Door de coronacrisis is een online intakegesprek nu soms ook een mogelijkheid. De gevangenis zorgde voor twee computers die hulpverleners kunnen reserveren. De intakegesprekken gebeuren onder toezicht van een hulpverlener of penitentiair beambte.’

Met wat voor vragen klopten gedetineerden en hun families aan bij JWW? Waren dat dezelfde vragen als pre-corona?

Linsy: ‘De klassieke vragen bleven binnenkomen, zoals informatieve vragen, psychosociale ondersteuning, begeleiding bij schulden of het zoeken naar werk. Natuurlijk kregen we ook vragen met een duidelijke link naar corona. De maatschappij ging op slot. En dat gold ook voor de meeste reclasseringstrajecten. Als je vrijlating afhangt van de start van een opleiding, maar die opleiding start niet door corona, dan verandert er niets. Het toekomstperspectief valt weg. Corona beperkte ieders vrijheid. Voor veel mensen was dat een zware dobber. Toch valt die beperking niet te vergelijken met een detentie in een gevangeniscel van tien vierkante meter zonder klink aan jouw kant van de deur.’

De maatschappij ging op slot. En dat gold ook voor de meeste reclasseringstrajecten.

Sara: ‘Gedetineerden en hun familie of vrienden voelden zich soms machteloos en eenzaam. Bezoek was een tijdlang niet toegestaan. Dat versterkte het gevoel van gemis. Ook gevangenen zijn dierbaren aan corona verloren, mensen van wie ze door de omstandigheden geen afscheid hebben kunnen nemen. Het kinderatelier van JWW is afgelast. Ondertussen is videobellen een optie, maar met zeer kleine kinderen is ook dat niet makkelijk. Je moet samen met hen kunnen spelen en bewegen. Zo’n dingen kruipen onder je vel.’

De gevangenis is een plek waar verschillende diensten actief zijn. Wat voor invloed had corona op jullie samenwerking met de andere partners?

Linsy: ‘Tijdens de eerste golf kwamen we zelf niet in de gevangenis, behalve bij crisissituaties. Later, toen dat wel weer kon, ging het er anders aan toe dan pre-corona. Bepaalde gesprekslokalen kregen tijdelijk een andere bestemming en ook het reservatiesysteem werd strikter uit voorzorg voor ieders gezondheid. Dat zorgde ervoor dat we zowel onze eigen collega’s als die van andere organisaties minder zagen. Na een tijdje besef je hoe waardevol die contacten zijn. Na afloop van een moeilijk gesprek even binnenlopen bij een collega om te reflecteren gebeurde niet meer. Dat moment van afstemming mis je ook tijdens het afwerken van een telefonische permanentie alleen aan je bureau.’

Na een tijdje stelden we vast dat we gul waren met het geven van advies over zelfzorg aan collega’s, maar dat we er zelf geen werk van maakten. Dan moet je ingrijpen.

Sara: ‘In 2021 was er in de gevangenis een uitbraak van de Britse variant. Op dat moment heeft onze gratis telefoonlijn opnieuw veel betekend voor gedetineerden en families, maar ook voor het gevangenispersoneel. De contacten tussen gevangenen en het personeel waren beperkt om verdere verspreiding in te dijken. Via onze lijn kregen we vragen binnen waarvan we er een deel aan het einde van de dag bundelden voor de gevangenisdirectie. Die formuleerde een antwoord dat wij vervolgens doorgaven aan de gedetineerden. Dat kon over praktische dingen gaan zoals het binnenbrengen van kledij.’

Hoe hebben jullie de coronacrisis beleefd als teambegeleider?

Linsy: ‘Leidinggeven op afstand is niet vanzelfsprekend. Er zijn zaken die ik post-corona niet meer via Zoom of Teams wil doen. Ik denk bv. aan het inwerken van een nieuwe collega. De kracht van ons team is net dat we doorheen de jaren via ontelbare face-to-face contacten een sterke band hebben opgebouwd. Die band heb je nodig om er tijdens een crisis te blijven staan. Daarnaast zijn er een aantal dingen uit 2020 die ook in de toekomst een plek in onze werking krijgen zoals de telefonische hulpverlening, oa belafspraken en vrije consultatie.’

Sara: ‘Oog hebben voor zelfzorg is tijdens zo’n zwaar jaar belangrijk. Na een tijdje stelden we vast dat we gul waren met het geven van advies over zelfzorg aan collega’s, maar dat we er zelf geen werk van maakten. Dan moet je ingrijpen. We maakten de afspraak dat iedereen een lijstje moest opstellen van zaken die helpen om de batterijen op te laden. Vervolgens moest je één ding uit dat lijstje kiezen, dat effectief gaan doen en van die activiteit een foto in onze WhatsApp-groep delen. Dat heeft gewerkt.’

We hebben onze kerntaken verdergezet en als het even kon deden we een extraatje waarmee we het welzijn van gevangenen konden versterken.

Linsy: ‘We zijn tijdens de coronacrisis “hard” gegaan. We hebben onze kerntaken verdergezet en als het even kon deden we een extraatje waarmee we het welzijn van gevangenen konden versterken. Ik denk bv. aan de blanco nieuwjaarkaart die we aan alle gedetineerden bezorgden. Op de bijgevoegde enveloppe die ze voor de verzending konden gebruiken, kleefden we een sticker met de gegevens van JWW. Op die manier sloegen we twee vliegen in één klap: de gedetineerde kon een nieuwjaarswens sturen naar een familielid of vriend en diegene die de kaart ontving maakte kennis met onze werking. Als je via die weg een telefoontje met een vraag op het gratis nummer binnenkrijgt, dan denk je: yes, gelukt!’

In 2020 hielp CAW Limburg mensen met 278 vragen over het thema detentie. Ieder slachtoffer wordt gehoord, elke dader begeleid. Daar staan we voor. Wil je meer weten over het coronajaar van CAW Limburg? Lees nu het jaarverslag.